Het is me wat met de wereld, op dit moment. Maar het is vooral ook wat met wat wij van de wereld denken en of en hoe dat denken invloed heeft op hoe de wereld zich ontwikkelt.
Over de aarde hoeven we ons trouwens niet al te druk te maken. Die draait haar rondjes wel. En een tweede relativering volgt uit het besef dat al eeuwenlang iedere generatie denkt dat zij een beslissende verantwoordelijkheid draagt, dat het nu of nooit is, vijf voor twaalf, dus we moeten echt, omdat anders… Dat deze urgente vernieuwingsdrang een constante is, dat plannen nooit uitkomen, maar altijd veel onbedoelde bij-effecten hebben, dat nieuwe kansen zich onophoudelijk aandienen, net als nieuwe crises – het neemt de onrust niet weg.
Die onrust lijkt me overigens prima. Want ook voor ons is het nu de hoogste tijd om in beweging te komen. Er moet iets gebeuren. Nu.
En dat geldt op allerlei gebieden. Grote mondiale crises genoeg: teruglopende biodiversiteit, opwarming van de aarde, opraken fossiele brandstof, destructief aandeelhouderskapitalisme, corona-pandemie, migratie, bedreigde democratieën, armoede, toenemende ongelijkheid, de Taliban in Afghanistan, enz. enz.
Toch komt er met dat overheersende gevoel van urgentie iets mee waar we juist vanaf moeten. Als het de hoogste tijd is dat er iets moet gebeuren krijgen we helaas namelijk al snel een obsessie met resultaten, met oplossingen, met succesvol ingrijpen, met controle. De gejaagdheid die de onrust met zich meebrengt, zorgt voor een smalle focus, voor een gebrek aan brede openheid, omdat we zo graag willen zien dat er al iets ten goede keert. Maar juist als het om duurzaamheid gaat, kan er geen sprake van snelheid zijn, van een instant effect. Urgentie valt niet goed te rijmen met duurzaamheid als dominante waarde. En juist een mentaliteit waarin duurzaamheid centraal staat is wat we nodig hebben. Nu.
Het is een interessante mentale spagaat waarin we verkeren. Hoe kunnen we het gevoel van urgentie combineren met een focus op duurzaamheid? Dat is de uitdaging op dit moment. Nu.
Er is een metafoor die misschien kan helpen. Zie het als het vertrek voor een reis zonder eindbestemming. Zie het als migratie, als een odyssee. Dat is leerzaam, geruststellend en hoopvol.
Leerzaam, omdat er talloos veel miljoenen migranten ons voorgegaan zijn. De asielzoekerscentra zitten vol ervaringsdeskundigen, mensen die urgentie met geduld hebben moeten leren combineren. Van hen kunnen we veel leren.
Geruststellend, omdat wij het zoveel gemakkelijker hebben. Onze odyssee is een mentale. Wij hoeven ons vaderland niet ijlings te verlaten, hoeven niet met koffers te zeulen, hoeven niet bang te zijn voor geweld. Wij gaan mentaal op reis, spannend genoeg. Wij moeten ons begrippenkader loslaten, onze moderne maakbaarheidsmentaliteit achter ons laten, het idee loslaten dat we alles onder controle kunnen hebben, resultaten moeten boeken, succesvol zullen zijn. We moeten om leren gaan met onze verantwoordelijkheid in een omgeving die we niet kunnen beheersen.
Hoopvol, tenslotte, omdat de ‘circle of life’ een duidelijke voorstelling is van een duurzaam leven op aarde, een leven waarin er voor ons plaats is, permanent, als vaste bewoners die tegelijkertijd passanten zijn. Migranten, voor altijd onderweg, mentaal vertrokken van thuis, zonder de behoefte om ooit ergens aan te komen. Definitief arriveren is immers een ondeugdelijke en ongewenste utopie. Odysseus wist het. Het ging niet om Ithaka.
Groei is eindeloos, maar niet in de zin van altijd meer voor iedereen. Groei is eindeloos omdat vergaan er net zo onontkoombaar bijhoort als ontstaan. Het is eten en gegeten worden, voor iedereen. Een kwestie van komen en gaan, voor ieder op het juiste moment, op het ritme van de circulaire tijd.
Dus huppekee. Op reis. Neem afstand van de moderne obsessie met controle en maakbaar succes. Het is de hoogste tijd voor duurzaamheid. Nu.