“Doceren is precies dat, een spannende flirt met ontbrekend begrip.”
Dat schreef ik in 2012, toen ik die groef nog aan het verkennen was waarin ik zo langzaam aan vast begin te lopen, als een knorrige, oude man. Maar het lukt me nog wel om niet cynisch te worden, hoor, en de begeestering is voorlopig nog groot genoeg. En gelukkig maar, want ik ben al lang de enige niet meer die de universiteit van binnenuit onder vuur neemt. We beginnen momentum te krijgen. Tenminste, dat denk ik in een optimistische bui. We zijn het zat dat de rekenmeesters hun vreselijke stempel op ons academische onderwijs proberen te drukken. We zijn het zat om te buigen voor impactfactoren en rendementscijfers. We zijn het zat om ons onderwijs te misvormen op aanwijzing van accreditatiecommissies die zichzelf hebben laten wijsmaken dat onderwijs om efficiënte bedrijfsvoering vraagt.
Het gaat me hier alleen om het academische onderwijs. Niet om het onderzoek en het vreselijke nieuwe sturingsinstrument dat Nationale Wetenschapsagenda heet. En ook niet om het beroepsonderwijs of het middelbaar onderwijs. Dat bewaar ik voor een andere keer. Nu wil ik alleen herhalen wat ik in 2012 schreef. In minder woorden, omdat dit een blog is, een blog dat verwijst naar het hele artikel. Een blog, bovendien, waarnaar tweets kunt verwijzen, die nog veel kortere berichtjes die even veelzeggend kunnen zijn. Tenminste, voor de goede verstaander.
Voor de minder goede verstaander citeer ik hier een paar alinea’s. En het hele artikel is voor de kritische geesten, voor hen die graag zelf flirten met ontbrekend begrip.
Je kunt brave informatieverzamelaars aan het eind van hun opleiding niet ineens over de rand van een klif duwen om ze kennis te laten maken met ontbrekend begrip. Ontbrekend begrip komt er niet aan het eind pas bij. Als het er om te beginnen al niet is, dan krijg je het er nooit meer in. Dat is geen berustende constatering, want iedereen die wel eens een kind van drie heeft gezien (of het zelf is geweest), heeft zich kunnen realiseren dat het juist allemaal begon met ontbrekend begrip. Maar als je die geweldig leergierige kinderen die op hun derde hartstochtelijk “waarom?” beginnen te vragen, twintig jaar lang disciplineert met antwoorden als “daarom”, “dat is nu eenmaal zo”, “dat hoef je nog niet te weten”, “leer dit nu maar gewoon uit je hoofd”, “daar heb ik nu geen tijd voor”, dan worden het studenten die alleen nog maar willen weten wat ze voor het tentamen moeten weten.
Als je van doceren houdt, en daar de tijd voor krijgt, dan zijn die eindeloze reeksen waarom-vragen een zegen. Heerlijk! Niets mooiers dan ontbrekend begrip te kunnen voeden, het een stapje verder te brengen, jezelf te dwingen je eigen vooronderstellingen te articuleren. Niets fascinerender dan elkaar verder uit te dagen, de vragensteller te roemen om zijn scherpzinnigheid, hem te zien vooruitgrijpen naar een hoger niveau van begrip, en hem instructief voor te blijven tot je zelf tastend je weg gaat en door je promovendus opgejaagd een nieuwe route verkent. Dat is doceren! Dat is de permanente feedback die een alledaags onderdeel is van iedere meester-gezel relatie. Dat is voortgang in optima forma, geen voortgangstoetsing. Dit gaat zonder geëxpliciteerde leerdoelen, zonder identificatie van een niveau dat de student op enig moment bereikt moet hebben.
Doceren is precies dat, een spannende flirt met ontbrekend begrip. En dat ben je precies kwijt als je denkt dat onderwijs met toetsen te maken heeft, met het halen van een streep. Dat is het nu juist niet. Het is het weglopen van een streep! De enige strepen die er toe doen in een leerproces dat draait om ontbrekend begrip zijn beginstrepen, geen eindstrepen. Je haalt geen eindstreep in de academische wereld. Diploma’s geven toegang. Ze sluiten niet iets af. Een goede docent vertelt het je: maak van je masterscriptie of je proefschrift geen levenswerk. Bekijk het pragmatisch: het is een momentopname. Denk niet dat je klaar bent als je het af hebt: dan begint het pas. Het is daarom ook geen tekortkoming van het academisch onderwijs dat iedereen weet dat het echte leren pas na het behalen van je diploma begint. Zo is dat nu eenmaal als je op academisch niveau werkt. Dan gaat het immers permanent om het ontbrekend begrip.