Humanisme, beweerde ik ooit, begint bij de constatering dat er geen heilige teksten bestaan. Er zijn geen zinnen, woorden of reeksen letters die absoluut verheven zijn boven kritiek, die niet weersproken of weerlegd kunnen worden. Daar is onze taal helemaal niet voor bedoeld, om anderen het zwijgen op te kunnen leggen. Iedereen mag meepraten. Alle leden van onze taalgemeenschap hebben op het eerste gezicht evenveel gezag over de woorden waarmee wij willen kunnen zeggen wat ons beweegt. Er zijn geen teksten die beschermd moeten worden tegen onjuiste interpretaties, en dus zijn er geen schriftgeleerden nodig die de juiste interpretatie moeten bewaken.
Gisteren was ik in het CODA Museum in Apeldoorn waar op dit moment de bijzondere tentoonstelling Paper Art te zien is. Ik zag daar werk van Meg Hitchcock dat heel letterlijk korte metten had gemaakt met zogenaamde heilige teksten.
Zij zet er de schaar in!
Zij knipt honderden lettertjes uit de Bijbel die zij vervolgens weer aaneenrijgt tot er een tekst uit de Koran te lezen is. Op dezelfde manier deconstrueert zij, zoals zij dat noemt, een exemplaar van de Bhagavad Gita, knipt daar talloos veel lettertjes uit waarmee zij een Bijbeltekst knutselt.
Je kunt het eigenlijk niet beter laten zien: heiligheid is niets voor woorden.
Tweeten